Zolas ik hier al eerder aanhaalde, het boerenerf zou ook een kippenhok moeten hebben.

Volgens de overlevering bevond er zich namelijk onder die berg klimop een hok.

Nieuwsgierig en vol goede moed begon ik er aan. Na een uurtje was de klus geklaard:

kippenhok

schoon, hé, idyllisch hé?

Althans, ik dacht dat de klus geklaard was tot ik de deur opentrok:

binnenkant kippenhok

Godver miljaarde nondedomme, wat voor nesten zijn dat hier wel!!

Laten we zeggen dat ik in één klap een gans pakske minder nieuwsgierig was naar dat kippenhok. ‘k Heb het zelfs efkes gelaten voor wat het was en ben op mijn taxussen gaan inhakken. Want taxussen (of Buxus, of spar) daar heb ik het niet zo voor. Dus die gaan weg, dus zet ik er regelmatig eens een uurtje de hakbijl in (maar mijn taxus-hakwerk is voor ne latere keer). De volgende dag was ik weer nieuwsgierig genoeg om mij het kot in te wagen en na nog eens twee uurtjes had ik (behalve beten en steken van ik weet niet welke beesten). Tatatadaa!! Een volledig geëquipeerd kippenhok!

kippenhok binnenhok

een kippenhok volgens de regels van de kunst

 Nog een beetje kuisen, ne keer kalken en de venster en deur een beetje repareren en we kunnen kippen steken.

DE vraag is, ga ik me nu zondag op SLE kunnen inhouden? Want zo’n zilverbrakel is eigenlijk wel een schoon beesteke, nietwaar?