Afgelopen zondag hebben wij het stadje Lier bezocht (verslag volgt later nog). Meestal zijn mijn gedachten een wirwar van ideeën, beelden en zijsprongen (divergerend denken noemen ze het) maar een lange autorit (of een lang toiletbezoek;-) vind ik ideaal om een paar van die gedachten dieper uit te werken en te structureren.
1 van die gedachten was: sinds we op den buiten wonen zijn we veel sneller geneigd om de auto te nemen en ergens naar toe te rijden. En dan bedoel ik de verplaatsen los van het dagelijkse woon-werk verkeer en boodschappen doen. Dus niet de van-moetens-verplaatsingen. Dan kan puur aan ons liggen maar ik denk het niet. Ik denk dat het ruimer is, mensen op het platteland bezoeken meer verschillende plekken. Mensen die in een stad wonen verlaten bijna nooit die stad (en met stad bedoel ik hier Gent, Antwerpen en Brussel).
Daar zijn een paar goede redenen voor:
– gewoonte: toen we nog in Gent woonden gebruikten we onze wagen bijna nooit. Voor het werk moest dat niet en zelfs voor boodschappen deden we het nauwelijks. we hebben zelfs een paar jaar geen auto gehad. Op den buiten heb je werkelijk voor bijna alles de auto nodig, dus je hebt ook de gewoonte om de auto te gebruiken
– lastig: een auto gebruiken in het stad is ook lastig. Het verkeer is een heksenketel. Het duurt al 20 minuten eer je Gent buiten bent. En zelfs tijdens het wegrijden ben je al ongerust dat je in het terugkomen geen enkele parkeerplaats gaat vinden in de buurt van je eigen huis.
– embarras du choix: d’er is altijd wel iets te doen in een deftige stad. Dus waarom zou ge buiten de stad gaan, zeker als ge niet de gewoonte hebt om dat te doen, en het wel doen zo verdomd lastig is!
Alleen krijg je zo een omkering: vroeger waren het de plattelandsbewoners die niet van onder hun kerktoren kwamen. Zij liepen achter en kwamen bijna nooit in contact met nieuwe zaken.
Door de toenemende mobiliteitsproblematiek in en rond onze steden en door de opkomst van het internet gaat dit echter niet langer op. De grote kracht van het internet is dat het locatie onbelangrijk heeft gemaakt (het internet maakt je ook een beetje tijdsonafhankelijk, maar dat is voor een latere post – als ik na deze nog lezers over heb!). Iedereen met een toegang tot het internet heeft op hetzelfde moment toegang tot de informatie, ongeacht waar ge u bevindt. Op het platteland profiteert ge daar veel meer van dan in een stad. Informatie die vroeger enkel te vinden was in een boek dat in een bibliotheek in Brussel lag, kunt ge nu met 1 klik van de muis via het internet opvragen.
Dankzij het internet weet je wat waar gebeurt. En als je op het platteland woont ga je er dan ook naartoe, ongeacht de afstand. Gent, Antwerpen, Hasselt het maakt je niet zoveel uit want de auto moet je toch nemen. Een Gentenaar gaat echter nauwelijks naar een activiteit in Antwerpen. En een Antwerpenaar al helemaal niet naar Gent (niet dat ze daar rouwig om zijn in Gent). De onder-de-kerktoren mentaliteit heeft plaatsgemaakt voor een wij-blijven-binnen-de-stadsring mentaliteit.
En die evolutie is nog maar aan het beginnen. De mobiliteitsproblematiek gaat erger worden en de impact van het internet gaat nog groter worden:
Bankieren doe je nu van thuis uit, dus wat maakt het uit dat er in de stad een bankkantoor is op elke straathoek, je bankzaken doe je toch vanachter je PC. Dat bankkantoor heb je helemaal niet nodig.
Voor on line winkelen maakt het ook al niet uit of je te midden de stad zit of op het platteland. Neen schrap dat, eigenlijk maakt het wel een verschil: hier op de buiten kan ik tenminste vragen om het pakket bij de buren af te leveren want ik ken mijn buren. En als die niet thuis zijn mogen ze het pakket gewoon achter het hek leggen, ZONDER dat het daar gestolen wordt. In Gent mocht ik altijd naar een afhaalpunt fietsen om mijn bestelling op te pikken.
En dan zijn er de sociale netwerken die nog maar hun eerste babypasjes aan het zetten zijn: Via Facebook kun je met iedereen contact houden, via couchsurfing kun je de wereld over je vloer krijgen en HelpX of workaway leveren jonge werkkrachten aan huis (voor de moestuinier specifiek is er growington). Deze voordelen zijn ook beschikbaar voor de gemiddelde stadsbewoner maar als plattelandsbewoner kun je er in mijn ogen MEER mee omdat je er de plaats voor hebt.
Goed, voor couchsurfing volstaat in principe een zetel, maar een bed wordt wel op prijs gesteld (bij airBnb is het zelfs een must). Hoeveel mensen in de stad hebben een slaapkamer op overschot?
Een rondreizende Australiër die een muurtje kan metsen? In Gent ben ik niks met die mens, maar hier op het Boerenerf heb ik zeker drie weken werk voor hem.
200 Websites over hoe je zelf bier kunt brouwen: allemaal heel interessant maar waar zou ik dat in ons rijhuisje in de stad gedaan hebben. In de living? In de badkamer? Madame Boerenerf zou nogal lachen. Hier heb ik een schuur, en een berging en een stal…
Op het platteland heb je nog de plek om dingen te doen. In de stad ben je daarvoor al snel aangewezen op de openbare ruimte (met alle beperkingen en verplichtingen van dien).
Vroeger waren steden de centra van ontwikkeling omdat mensen daar contacten met elkaar legden, ideeën uitwisselden en nieuwe zaken opstartten. Contacten leggen en ideeën uitwisselen kan nu op het internet en een een nieuwe zaak opstarten doe je beter op het platteland (goedkoper) dan in een stad. Steden zijn niet meer nodig. Laat ze liggen achter hun muren van bewegend staal (ook wel buitenring genoemd). Hoog tijd dat het platteland zijn troeven beseft en ze ook begint uit te spelen.
Zoals Madame Boerenerf zou zeggen: altijd leuk om met mij ergens naar toe te rijden.
Recente reacties